De Franse autofabrikant Peugeot mag onvoorwaardelijk het van oorsprong Duitse Opel overnemen. De Europese Commissie heeft na onderzoek van de nationale en Europese markten geen zorgen over concurrentieverstoring door de overname.
Peugeot S.A. (Groupe PSA) maakt en verkoopt wereldwijd personenauto’s en lichte commerciële voertuigen onder de namen Peugeot, Citroën en DS. Opel is momenteel nog eigendom van General Motors uit de Verenigde Staten. Met de overname, die in maart al aangekondigd werd, is 2,2 miljard euro gemoeid. PSA wil na Volkswagen de grootste autobouwer in Europa worden. Nu bezet Renault die plek met ‘slechts’ 100.000 nieuwe verkopen per jaar meer. De verkopen van Opel binnen de EU zijn goed voor bijna 1 miljoen nieuwe wagens.
Concurrentie blijft gezond
Het marktaandeel van de twee bedrijven samen blijft volgens de commissie relatief klein. Alleen in Estland en Portugal komen ze op 40 procent voor kleine commerciële voertuigen, maar dat percentage neemt na de overname met niet meer dan 5 procentpunten in beide landen toe, denkt Brussel.
Het onderzoek wijst ook uit dat ze samengevoegd concurrentie genoeg van andere fabrikanten kunnen verwachten, waaronder Renault, Volkswagen, Daimler, Ford, Fiat en auto’s uit Azië.
In Duitsland bestaan er wel zorgen. Vooral de medewerkers van Opel zijn er niet gerust op dat de wissel van Amerikaans naar Frans eigendom het gelijke aantal banen betekent. General Motors had een plan liggen voor Opel en Peugeot heeft gezegd – mede om de bonden gerust te stellen – dat dat gehandhaafd blijft.
Bron: Business Insider / ANP